Meldingen infectieziekten
Overzicht meldingen infectieziekten regio Haaglanden 4e kwartaal 2022
4e kwartaal vergeleken met de voorgaande jaren
4e kwartaal
2022
4e kwartaal
2021
4e kwartaal
2020
1e t/m 4e kwartaal vergeleken met dezelfde periode in voorgaande jaren
1e t/m 4e
kwartaal 2022
1e t/m 4e
kwartaal 2021
1e t/m 4e
kwartaal 2020
a-ziekten
MERS-CoV | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Monkeypox | 4 | 100 | ||||
Pokken | ||||||
Poliomyelitis anterior acuta | ||||||
SARS | ||||||
Virale hemorragische koorts | ||||||
COVID-19 | 8.026 | 64.054 | 45.593 | 325.330 | 140.513 | 57.735 |
B-ziekten
(humane infectie) avaire influenza | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Difterie | 1 | |||||
Pest | ||||||
Rabiës (hondsdolheid) | ||||||
Tuberculose | 17 | 23 | 27 | 78* | 85 | 88 |
Buiktyfus | 1 | 4 | 1 | 1 | ||
Cholera | ||||||
Hepatitis A | 1 | 3 | 8 | 5 | 1 | |
Hepatitis B acuut | 3 | 8 | 2 | 3 | ||
Hepatitis B chronisch | 23 | 35 | 21 | 91 | 115 | 86 |
Hepatitis C acuut | ||||||
Hepatitis C chronisch | 10 | 22 | 9 | 45 | 53 | 26 |
Kinkhoest | 9 | 1 | 1 | 13 | 2 | 65 |
Mazelen | ||||||
Paratyfus A,B,C | 4 | 2 | 5 | 3 | ||
Rubella | ||||||
STEC (E. coli) | 8 | 16 | 2 | 45 | 32 | 15 |
Shigellose | 15 | 7 | 1 | 35 | 33 | 16 |
Invasieve GAS | 11 | 3 | 2 | 33 | 13 | 8 |
Voedselinfectie | 1 | 2 | 3 | 1 |
c-ziekten
Antrax (miltvuur) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Bof | 1 | 5 | ||||
Botulisme | ||||||
Brucellose | 2 | |||||
CPE | 9 | 9 | 6 | 27 | 19 | 13 |
Ziekte van Creutzfeldt-Jakob klassiek | 2 | 3 | 1 | 2 | ||
Ziekte van Creutzfeldt-Jakob variant | ||||||
Gele koorts | ||||||
Invasieve Hib | 2 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 |
Hantavirusinfectie | 1 | |||||
Legionellose | 9 | 8 | 6 | 46 | 35 | 24 |
Leptospirose | 3 | 2 | 2 | 4 | 4 | 3 |
Listeriose | 3 | 2 | 5 | 6 | 5 | |
Malaria | 11 | 3 | 29 | 17 | 7 | |
Meningokokkose | 1 | 2 | 3 | |||
MRSA-infectie (cluster buiten ziekenhuis) | ||||||
Invasieve pneumokokken | 30 | 9 | 2 | 69 | 23 | 5 |
Psittacose | 1 | 3 | 8 | 9 | 4 | |
Q-koorts | ||||||
Tetanus | 1 | |||||
Tularemie | 1 | |||||
Trichinose | ||||||
West-Nilevirus | ||||||
Zikavirus |
* TBC diagnose bij 2 gemelde patienten ingetrokken
Infectieziekten gemeld door instellingen in 2022
In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de meldingen door instellingen in het jaar 2022. Deze instellingen behoren tot instellingen waar ‘kwetsbare’ groepen zoals kinderen, ouderen of zieken verblijven. Op grond van artikel 26 van de Wet publieke gezondheid (WPG) moeten die instellingen sommige infectieziekten melden bij de GGD. Het grootste gedeelte van de luchtweginfecties/influenza-achtig ziektebeelden zijn meldingen van COVID-19 in de instelling.
Scenario
Kinder-
opvang
Onderwijs-
instelling
Vluchte-
lingen-
opvang
AWBZ
zorg-
instelling
Ziekenhuis
Eindtotaal
Huiduitslag/exanthemen | 68 | 24 | 6 | 16 | 114 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Impetigo (krentenbaard) | 11 | 6 | 17 | |||
Gastro-enteritis | 26 | 4 | 1 | 33 | 1 | 65 |
Schimmelinfectie | ||||||
Luchtweginfectie/influenza-achtig ziektebeeld | 55 | 89 | 1 | 360 | 1 | 506 |
Anders* | 3 | 3 |
* Hepatitis A, MRSA en conjunctivitis
Toelichting Meldingen Infectieziekten 3e kwartaal 2022
Monkeypox (apenpokken)
Sinds het voorjaar van 2022 verspreidt monkeypox zich buiten Afrika in andere delen van de wereld, waaronder ook in Nederland. Nieuw daarbij is de mens-op-mens overdracht van het virus. De ziekte verloopt bij mensen meestal mild.
Op 21 mei 2022 is monkeypox door de minister aangewezen als een meldingsplichtige ziekte groep A. Dit betekent dat het vaststellen van monkeypox of het vermoeden daarvan vanaf heden direct gemeld moet worden bij de GGD.
Bij een verdenking op monkeypox wordt er door de behandelaar (specialist en/of huisarts) of door de GGD diagnostiek uitgevoerd. Bij een bewezen monkeypox voert de GGD bron- en contactonderzoek uit, waarbij contacten met een hoog risico op besmetting een post-expositie vaccinatie wordt aangeboden.
Na een snelle stijging in de maanden juni (34) en juli (45) is het aantal meldingen van monkeypox bij de GGD in de maanden augustus (13) en september (4) snel afgenomen. Dit is ook het landelijke beeld.
Eén van de verklaringen voor de afname is dat de instructies/aanwijzingen die tijdens het bron- en contactonderzoek worden gegeven goed zijn opgevolgd. Ook lijken mensen uit de belangrijkste risicogroepen hun gedrag te hebben aangepast na de uitbraak. Verder is de verwachting dat een groot deel van de belangrijkste risicogroepen inmiddels immuun is voor het virus, omdat zij de ziekte hebben doorgemaakt of zijn gevaccineerd.
De laatste week van juli is de GGD gestart met het vaccineren van gespecifieerde doelgroepen. Deze campagne loopt nog steeds door. De doelgroepen zijn:
- Personen die hiv-PrEP gebruiken via Centrum Seksuele Gezondheid (CSG), via de huisarts, of bij een CSG op de wachtlijst staan voor hiv-PrEP.
- Personen met hiv en die gescreend worden op hepatitis C, als proxy voor hoogrisicogedrag.
- Vanuit CSG’s: afgelopen half jaar CSG-contact vanwege partnerwaarschuwing voor soa en/of hiv, of doorgemaakte syfilis/gonorroe of chlamydia, of > 3 partners gehad.
GGD Haaglanden blijft de uitgenodigde doelgroepen aansporen zich te laten vaccineren als ze dat nog niet gedaan hebben. Het aantal nieuwe infecties in Nederland is weliswaar laag op dit moment, maar kan weer toenemen door contacten uit het buitenland waar die ziekte nog steeds veel voorkomt.
Hepatitis A
Hepatitis A (besmettelijke geelzucht) is een leverontsteking die wordt veroorzaakt door het hepatitis A-virus.
Mensen raken besmet met het hepatitis A-virus door contact met zieken en door het eten en drinken van voedsel of water dat verontreinigd is met ontlasting dat het virus bevat. De kans op besmetting neemt toe naarmate de hygiënische omstandigheden slechter zijn.
Hepatitis A kan zo licht verlopen dat iemand het niet eens merkt. Vooral kinderen < 6 jaar hebben nauwelijks klachten.
De verschijnselen treden na de incubatietijd van 2 - 7 weken op en zijn over het algemeen vermoeidheid, lichte koorts, soms pijn in de bovenbuik en misselijkheid. Bij volwassenen gaat hepatitis A meestal ook gepaard met geelzucht: het geelkleuren van huid en oogwit, het donker worden van urine (de kleur van cola) en het ontkleuren van ontlasting (de kleur van stopverf). Slechts bij hoge uitzondering ontstaan, met name bij ouderen, levensbedreigende complicaties.
In augustus kreeg de GGD een melding van hepatitis A bij een kind. Dit kind bezocht een kinderdagverblijf. Tijdens het bron- en contactonderzoek rondom deze index kwamen er nog 2 besmettingen van hepatitis A binnen dit kinderdagverblijf naar voren. Conform de LCI richtlijn heeft de GGD post-expositie vaccinaties aangeboden aan de overige kinderen van het kindercentrum, de pedagogische medewerkers en gezinscontacten. Daarna zijn er geen nieuwe besmettingen gemeld.
CPE (Carbapenemaseproducerende enterobacterales)
CPE is niet een naam van een bacterie maar staat voor Carbapenemaseproducerende Enterobacterales. CPE-bacteriën en andere resistente darmbacteriën zijn bacteriën die ongevoelig (resistent) zijn voor sommige antibiotica. Dit betekent dat één of meer soorten antibiotica niet werken die normaal wel werkzaam zouden zijn. Carbapenemase is een enzym dat bij bepaalde bacteriën voorkomt. CPE worden aangetroffen in ons milieu en ons voedsel. Bij de mens vinden we deze CPE-bacteriën vooral terug in de darmen.
Een persoon kan een CPE-bacterie bij zich dragen zonder ziek te worden (=dragerschap).
Als men wel ziek wordt, is men niet zieker van deze resistente bacterie dan van een bacterie die niet resistent is. Wanneer een resistente bacterie een ontsteking (infectie) veroorzaakt, is deze moeilijker te behandelen, omdat sommige antibiotica niet meer werkzaam zijn.
Het aantonen van Carbapenemase-producerende Enterobacterales valt sinds juli 2019 onder de meldplichtige ziekten, groep C.
Het derde kwartaal van 2022 laat een opvallende stijging zien van het aantal meldingen CPE bij de GGD; 13 meldingen ten opzichte van 2 en 3 meldingen in de voorafgaande kwartalen. Ook landelijk is er sprake van een toename. De toename van de CPE wordt gezien bij kweken die voor screening afgenomen worden (bijvoorbeeld na opname in een buitenlands ziekenhuis) in verband met mogelijk dragerschap, en ook bij kweken vanwege een diagnostische indicatie bij een infectie.