epidemiologie
Permanente winteropvang van dak- en thuisloze mensen in Den Haag: bevindingen uit een evaluatieonderzoek
Bron: gemeente Den Haag
Carola Vos, Tayma van Pomeren
Alle gesproken professionals die dit jaar betrokken waren bij de permanente winteropvang (PWO) voor dak- en thuisloze mensen aan de Sportlaan waren het er unaniem over eens: de onderlinge samenwerking was heel goed. Dit maakte dat de zorg voor de PWO-bewoners beter was dan in de winterperiode ervoor, toen de PWO geopend was in de Lozerhof. Men was ook positief over onder andere het gebouw waarin de PWO gehuisvest was en de algehele sfeer. Ook de PWO-bewoners beaamden dat de samenwerking een positieve invloed had op de sfeer binnen de PWO. Een groot deel van de omwonenden en winkeliers in de wijk was echter minder enthousiast over de PWO, doordat zij veel overlast hebben ervaren.
‘Ik heb nog nooit dat zo meegemaakt dat dat zo hecht was, maar ook zo straight to the point, dat we eigenlijk wel tegen elkaar hebben kunnen zeggen hoe het zat. En dat is in het begin lastig geweest, want dat is een beetje vertrouwen. Maar dat is wel gekomen en gebleven. En dan vallen er soms harde woorden, maar dan gaat de deur even dicht en daarna ga je weer door met elkaar en dat gebeurt niet vaak. En dat vond ik voor dit project wel heel erg bijzonder’
– Wijkagent, Politie (ketenpartner)
De permanente winteropvang
In de winterperiode van 1 november 2022 tot 1 april 2023 was er in Den Haag een permanente winteropvang (PWO). In deze opvang konden rechthebbende dak- en thuisloze mensen [*] gedurende 5 maanden, 24 uur per dag terecht. De PWO was een aanvulling op de reguliere nachtopvang (het hele jaar geopend tussen 15:30u en 08:30u [**]) en de winterkouderegeling (WKR, open bij (gevoels-) temperaturen van 0˚C en lager). In totaal verbleven er 204 dak- en thuisloze mensen in de PWO. Er was capaciteit voor 120 mensen per dag. De bezetting is hier net onder gebleven. De PWO was gehuisvest in het voormalige Juliana Kinderziekenhuis aan de Sportlaan in Den Haag.
PWO 2022/ 2023: gehuisvest in voormalige Juliana Kinderziekenhuis aan de Sportlaan (Foto: Google Maps)
Het evaluatieonderzoek dat beschreven wordt in dit artikel is onderdeel van de continue monitoring van de PWO. In opdracht van de gemeente Den Haag evalueert de afdeling Epidemiologie van GGD Haaglanden de PWO. De evaluatie van 2022 1 heeft directe invloed gehad op de vormgeving en inrichting van de PWO 2022/ 2023. 2 Naar verwachting zullen de resultaten van 2023 gebruikt worden bij de organisatie van de PWO 2023/ 2024.
De PWO aan de Sportlaan was beter toegerust voor opvangfunctie dan de PWO het jaar ervoor
De PWO verschilde in een aantal opzichten van de PWO in de winter daarvoor (2021/2022), die geopend was in het voormalige verpleeghuis Lozerhof aan de Randveen, in de wijk Escamp. Het pand aan de Sportlaan was beter geschikt dan de Lozerhof. PWO-bewoners sliepen in tweepersoonskamers of wanneer nodig in een eenpersoonskamer. Alle kamers hadden elektronische sloten op de deuren, die alleen geopend konden worden met de bijbehorende persoonlijke tag. Met deze tag checkten PWO-bewoners in en uit wanneer ze het gebouw in- of uitkwamen, waardoor het personeel te allen tijde kon zien wie er aanwezig waren. Mannen en vrouwen sliepen op aparte afdelingen. De vleugel voor de vrouwen was afgesloten met een slot waar alleen vrouwen en personeel een tag voor hadden. Kantoren van het Haags Straatteam en spreekkamers bevonden zich ook in de afgesloten vleugel.
Ook uniek is het gedoogbeleid: buiten voor de ingang was een gebruikersruimte waar alcohol en drugs waren toegestaan. De opgang hier naartoe liep naar beneden vanaf de straat en er waren schermen geplaatst om de gebruikersruimte aan het zicht te onttrekken vanaf de straat. Volgens professionals heeft dit overlast voorkomen, doordat PWO-bewoners minder de wijk in trokken om daar te gebruiken.
Samenwerking als succesfactor
Eén van de succesfactoren die naar voren kwam is de goede samenwerking tussen de professionals betrokken bij de organisatie (zie tabel 1). Zij benadrukken de open en heldere communicatie, waardoor de samenwerking soepel verliep. Ook wist men elkaar goed te vinden. Wekelijks kwamen onder andere het Leger des Heils, het Haags Straatteam van het Daklozenloket, de beveiliging, de politie en de betrokken afdelingen van de Gemeente Den Haag bijeen, om de voortgang omtrent de PWO te bespreken. Ook droeg de duidelijke taakverdeling bij aan de positieve sfeer die heerste in de PWO. De dagelijkse zorg en het reilen en zeilen binnen de PWO waren in handen van het Leger des Heils en het Haags Straatteam. Het Leger des Heils was verantwoordelijk voor de begeleiding van de PWO-bewoners en de coördinatie op de werkvloer. Het Haags Straatteam coördineerde de toegang van dak- en thuisloze mensen tot de PWO. Ook begeleidden zij dak- en thuisloze mensen desgewenst naar een doorstroomtraject om stappen te nemen naar hulpverlening, een andere vorm van opvang of eigen woonruimte. De rust binnen de PWO werd bewaakt door de beveiliging en buiten in de wijk door de politie.
Tabel 1 Professionals betrokken bij de organisatie van de PWO in de winter van 2022/2023
Gevoel van vrijheid door minder regels en beperkingen
Vergeleken met andere opvangvoorzieningen heeft de PWO weinig regels. Dit maakte dat PWO-bewoners vrijheid en rust ervoeren. Zo was het toegestaan om alcohol en middelen te gebruiken op het buitenterrein van de locatie. Doordat de opvang 24 uur per dag geopend was, hoefden PWO-bewoners niet vóór een bepaald tijdstip op te staan. Uniek daarnaast was dat het niet verplicht was om een doorstroomtraject te volgen, in tegenstelling tot andere opvangvoorzieningen. Middels zo’n traject kregen PWO-bewoners die dat wilden de mogelijkheid tot professionele hulpverlening of begeleiding om op die manier door te stromen naar een andere hulp- of opvangvoorziening en stappen te zetten om uit de dakloosheid te komen. Uiteindelijk zijn van de totaal 204 dak- en thuisloze mensen die in de PWO verbleven, 84 mensen positief doorgestroomd. Dat wil zeggen dat zij naar een andere (opvang-)voorziening zijn gegaan die hen een dak boven het hoofd biedt, waardoor ze niet terug de straat op hoefden. Deze laagdrempeligheid werkte met name goed voor een lastig te bereiken groep dak- en thuisloze mensen die doorgaans geen gebruik (wil) maken van een opvangvoorziening en veelal zorgmijder is. De PWO bood deze groep (zorgmijders) een plek om tot rust te komen en aan te sterken.
‘Je ziet mensen zichtbaar opknappen en herstellen en kleine stapjes maken. Hoe klein ook. Sommigen die blijven gewoon hetzelfde doen en zijn nog niet klaar om in hun verslaving te minderen. Of om bepaalde facetten van het leven op te gaan pakken, in de stappen die ze moeten nemen. Maar je zag dat bij de winteropvang wel.’
– Straatconsulaat
Welkomstbalie PWO (Foto: Willem Jan de Bruin Fotografie)
Goede sfeer
Zowel professionals als PWO-bewoners waren te spreken over de goede sfeer die heerste, in tegenstelling tot de PWO in de Lozerhof. Hier was geen eenduidige aanwijsbare reden voor, maar er werd wel gespeculeerd over factoren die hieraan bijdroegen. Onder andere de eerdergenoemde goede samenwerking en duidelijke taakverdeling schepten structuur en brachten rust. Dit was ook merkbaar voor de PWO-bewoners. Een aantal van hen gaf aan dankbaar te zijn voor de zichtbare inzet van de organisatie en daarom iets terug te willen doen. Zij zetten zich bijvoorbeeld in door als dagbesteding schoon te maken, koffie te schenken of te helpen bij het uitdelen van eten. Ook de prettige en lichte uitstraling van het gebouw droeg bij aan de sfeer. De hal fungeerde als ontmoetingsruimte en maakte ook dat het personeel goed zicht had op de PWO-bewoners. Een deel van de professionals en bewoners was ook aanwezig in de PWO 2021/ 2022 in de Lozerhof. Dat zij elkaar al kenden kan ook hebben bijgedragen aan de betere sfeer, zo speculeren een aantal professionals. Mede hierdoor verliep het onderling verwijzen van PWO-bewoners naar de juiste persoon of hulpverlening soepeler.
Makkelijker om goede zorg te leveren
Mede door een betere zichtbaarheid van en taakverdeling tussen de hulpverleners en doordat professionals de bewoners goed kenden, konden PWO-bewoners goed geholpen worden in de maanden dat zij in de PWO verbleven. De straatverpleegkundigen van Haagse Wijk- en Woonzorg (HWW) kwamen 5 dagen per week, 2 uur per dag langs om spreekuur te houden. Eens in de 2 weken was er een spreekuur waarbij er een straatarts aanwezig was. PWO-bewoners konden zichzelf hiervoor aanmelden of werden door een medewerker aangemeld. Na verloop van tijd kwamen ook hulpverleners van Brijder verslavingszorg wekelijks langs. Doordat de PWO gevestigd was in een voormalig ziekenhuis, waren er spreekkamers met behandeltafels beschikbaar voor zorgprofessionals om bewoners te kunnen onderzoeken. Doordat de PWO een aantal maanden open was, konden PWO-bewoners met medische klachten langer onder behandeling blijven en aansterken.
‘Dat je mensen met torenhoge bloeddrukken toch een keurige bloeddruk ziet hebben. Mensen die al heel lang met suikerziekte lopen, maar geen medicatie slikken, aan de medicatie, keurige bloedsuikers.’
– Verpleegkundige, HWW zorg
Het viel professionals op dat er dit jaar uitzonderlijk veel somatische patiënten waren, waar de PWO eigenlijk niet voor bedoeld was. Daarnaast belandden veel van hen na het sluiten van de PWO weer op straat en/of verdwenen uit beeld, terwijl zij zorg nodig blijven hebben. Daarom pleiten professionals voor een opvang speciaal voor dak- en thuisloze mensen met een medische indicatie, die gedurende het hele jaar open is.
Kanttekening: een kleine groep PWO-bewoners veroorzaakte overlast in de buurt
Ondanks de positieve ervaringen van professionals en PWO-bewoners, zijn er ook wat kanttekeningen te plaatsen bij de PWO. De belangrijkste is de overlast die werd veroorzaakt door (een kleine groep) PWO-bewoners, met name in het nabijgelegen winkelgebied aan de Fahrenheitstraat. De schatting is dat dit om een groep van 10 tot 25 personen ging. Vooral de winkeliers en buurtbewoners van de Bomenbuurt hebben hier veel last van gehad. Zij noemden onder andere dat er veel winkeldiefstal heeft plaatsgevonden, er (gewelds)incidenten waren, en er rondhangende PWO-bewoners waren die onder invloed waren. De politie beaamt dat er inderdaad overlast is geweest en dat er aan het begin van de opening van de PWO nog te weinig was opgeschaald om dit te ondervangen. De late opschaling kwam onder andere doordat de locatie van de PWO pas kort van tevoren bekend werd gemaakt. Daarnaast was het voor winkeliers en buurtbewoners niet altijd duidelijk waar overlast gemeld kon worden. Ook voelden zij zich te weinig betrokken: enerzijds omdat zij vonden dat er niet genoeg communicatie en informatie was vooraf aan en ten tijde van de opening van de PWO. Anderzijds voelden zij zich niet gehoord. Hier liggen verbeterpunten voor alle betrokken partijen voor de PWO die volgend jaar weer geopend wordt aan de Sportlaan.
‘En ik ken een aantal mensen die dus niet meer durfden te winkelen in de Fahrenheitstraat of alleen gingen winkelen met de buurman of met wie dan ook erbij, omdat ze gewoon harstikke bang waren.’
– Bedrijveninvesteringszone(BIZ)-vereniging Fahrenheitstraat
Gebied waarin omwonenden een brief hebben ontvangen met informatie over de (komst van de) PWO (in groen de Fahrenheitstraat) (Bron: Google Maps)
Reactie van projectleider PWO
Nanda Lamme, Projectleider PWO (tot 1 oktober 2023); afdeling MO/BW/GGZ (OCW gemeente Den Haag): ‘Het is prettig dat GGD Haaglanden deze evaluatie heeft uitgevoerd. Hun neutrale rol biedt ruimte aan de mensen die betrokken zijn geweest en biedt daarmee een onafhankelijk perspectief. Mede door de evaluatie van vorig jaar, hebben we dit jaar een aantal cruciale punten in de manier van organiseren kunnen verbeteren. Ook dit jaar komen door deze evaluatie weer punten naar voren. En die nemen we weer mee naar de organisatie van komende winter. Zodat er ook dit jaar een kwaliteitsslag gemaakt kan worden in de opvang van onze dakloze inwoners in de winterperiode.’
Over dit onderzoek
Het doel van het evaluatieonderzoek was inzicht krijgen in de succes- en verbeterpunten van de PWO 2022/ 2023 aan de Sportlaan. Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Den Haag. Door middel van interviews zijn ervaringen opgehaald van de stakeholders die betrokken waren bij de PWO 2022/ 2023. Interviews met PWO-bewoners gaven meer inzicht in diens eigen ervaringen. In totaal zijn er 51 interviews gehouden, waarvan 13 met 16 professionals van 13 verschillende organisaties en 38 met PWO-bewoners. Deze kwalitatieve uitkomsten zijn aangevuld met kwantitatieve data (registratiegegevens van het Daklozenloket en politiedata). De uitkomsten van dit onderzoek zijn te vinden in de rapportage ‘Permanente winteropvang van dak- en thuisloze mensen in Den Haag’ is hier online beschikbaar.
Over de auteur
E.C. Vos MSc, junior epidemiologisch onderzoeker, afdeling Epidemiologie, GGD Haaglanden;
T. van Pomeren MSc, epidemiologisch onderzoeker, afdeling Epidemiologie, GGD Haaglanden.
E-mail: carola.vos@ggdhaaglanden.nl
Referenties
- Van Pomeren T, Maat R, Van Dijk A, Van der Meer R. Permanente winteropvang van dak- en thuisloze mensen in Den Haag: Wat is de meerwaarde? [Online]. Jul 2022 (Bezocht op 24 okt 2023); Hier online beschikbaar.
- Raadsinformatie. De realisatie van de Permanente winteropvang (PWO) en de locatie van de Winterkouderegeling (WKR) 2022/2023: RIS313366 [Online]. 12 okt 2022 (Bezocht op 24 okt 2023); Hier online beschikbaar.
Sumona: Suïcidepreventie, monitoring en nazorg
Dankzij het vernieuwde suïcidepreventieprogramma Sumona (Suïcidepreventie, monitoring en nazorg) verbetert ook in Haaglanden de regionale samenwerking in de keten rond suïcidepreventie. De werkwijze is dat oplettende hulpverleners binnen en buiten de zorg personen met een verhoogd suïciderisico (bijvoorbeeld met suïcidale gedachten of na een suïcidepoging) kunnen signaleren en – met hun toestemming – aanmelden in een hiervoor ontwikkeld online-monitoringssysteem. Een aangemelde persoon komt vervolgens in contact met een casemanager en krijgt een jaar lang vaste monitoringscontacten (elke drie maanden). De casemanager biedt laagdrempelig contact, een luisterend oor en leidt toe naar passende zorg en hulp in het medisch en/of sociaal domein. Hij is tevens de schakel tussen de cliënt, behandelaar en andere hulpverleners. Door monitoring van suïcidaal gedrag en mogelijke risico’s voor de cliënt wordt zorg op maat geleverd. Daarnaast is er aandacht voor naasten en de mogelijkheid tot lotgenotencontact. Met deze integrale aanpak streeft Sumona naar een Nederland met minder suïcides en suïcidepogingen.
De Sumona-aanpak is gebaseerd op vijf kernelementen:
1. Vroegtijdig signaleren van de doelgroep;
2. Ontwikkelen van een domein-overstijgende ketenaanpak;
3. Het bieden van vaste monitoringscontacten en/of casemanagement op maat;
4. Cliënten en hun naasten toeleiden naar passende zorg en ondersteuning (indien gewenst);
5. Ondersteunen door de inzet van ervaringsdeskundigheid en lotgenotencontact.
Ontstaan
Dankzij ZonMw subsidie hebben Indigo Haaglanden, Indigo Rijnmond en GGz Breburg van september 2020 tot en met september 2021 het vernieuwde suïcidepreventieprogramma Sumona ontwikkeld.18,19
Dit programma is gebaseerd op SuNa (Suïcidepoging Nazorg) en SUPREMOCOL (Suïcidepreventie door Monitoring en Collaborative care). SuNa richt zich op personen die gezien worden bij de Spoed Eisende Hulp na een suïcidepoging.20 Dit programma is ontwikkeld door Indigo Haaglanden en GGD Haaglanden en is tevens geïmplementeerd door Indigo Rijnmond.20,21 SUPREMOCOL is ontwikkeld door GGz Breburg en richt zich op personen met suïcidale gedachten die vroeg gesignaleerd worden door hulpverleners binnen en buiten de zorg.22,23 De komende periode wordt Sumona in stappen geïmplementeerd in onder andere Haaglanden.18,19
Sumona en huisartsen
Sumona kan huisartsen handvatten bieden in het begeleiden van personen die suïcidaal gedrag vertonen (zowel acuut als niet-acuut). In acute gevallen blijven ook de huidige werkwijzen van toepassing; een mogelijke aanmelding bij Sumona moet worden gezien als extra ondersteuning. Een casemanager is immers geen behandelaar.
Huisartsen kunnen een persoon met suïcidale gedachten bij Sumona aanmelden. Daarna heeft de persoon een gesprek met de casemanager. De casemanager kijkt wat de persoon nodig heeft qua zorg en leidt hem of haar toe naar ondersteuning in het sociaal domein (bijvoorbeeld schuldhulpverlening). De casemanagers binnen Indigo Haaglanden kennen dan ook de sociale kaart in de regio en bezitten een breed netwerk van ketenpartners binnen en buiten de zorg. Dit maakt het voor hen mogelijk goede afstemming te vinden tussen behoeften van de aangemelde persoon en de mogelijkheden. Ondanks de belemmering van wachtlijsten binnen de GGZ, zal worden gekeken wat mogelijk is en wordt vinger-aan-de-pols contact geboden. Ook is er aandacht voor naaste betrokkenen; zij worden waar nodig toegeleid naar zorg of ondersteuning.
Sumona biedt een risico-inschattingsinstrument tijdens aanmelden, die naast een goede inschatting van het suïciderisico, ook de basis biedt voor monitoring van dit risico. Na aanmelden worden een jaar lang vaste monitoringscontacten geboden, is er intensief casemanagement in het eerste half jaar en casemanagement op indicatie in het tweede half jaar. De ambitie van Sumona in de regio Haaglanden is om de huidige samenwerking met huisartsen te vergroten.
De Koppelingswet uitgelegd
De Koppelingswet trad in 1998 in werking, met als doel het voorkómen van onrechtmatig verblijf en de schijn van rechtmatig verblijf. De officiële titel van de Koppelingswet luidt:
24 233
Wijziging van de Vreemdelingenwet en enige andere wetten teneinde de aanspraak van vreemdelingen jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen, uitkeringen, ontheffingen en vergunningen te koppelen aan het rechtmatig verblijf van de vreemdeling in Nederland.
In de wet staan 13 categorieën van rechtmatigheid beschreven. Bij iedereen die daar niet binnen valt, is sprake van onrechtmatig verblijf en derhalve vertrekplicht. In de Memorie van Toelichting, een Kamerstuk dat een toelichting geeft op de wet, spreekt men ook wel van vertrekplichtigheidsbeginsel. Onrechtmatig verblijvenden hebben geen recht op, en zijn volledig uitgesloten van collectieve voorzieningen, op een aantal uitzonderingen na:
- Onderwijs (tot 18 jaar),
- Medisch noodzakelijke zorg,
- Voorzieningen ter voorkoming van inbreuk op de volksgezondheid,
- Rechtsbijstand
De Johannes Wier Stichting (JWS)
De Johannes Wier Stichting is een onafhankelijke organisatie van en voor medische professionals, die zich inzet voor mensenrechten in de gezondheidszorg en sociaal domein. Meer informatie over JWS: https://www.johannes-wier.nl
OKIA
Stichting OKIA is gevestigd in Den Haag en werkt aan het toegankelijk maken van basisrechten van ongedocumenteerden. Onder andere door het bevorderen van uitwisseling van kennis en ervaringen tussen en met professionals in de publieke sector.
Referenties
Click to edit...
* Met uitzondering van (niet-rechthebbende) kwetsbare mensen die worden begeleid door de stichting Barka (stichting die dak- en thuisloze migranten afkomstig uit Midden- en Oost-Europa ondersteunt). Een persoon heeft recht op opvang (is rechthebbend) volgens de Wmo wanneer: ‘[iemand] de thuissituatie heeft verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor zijn veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, en niet in staat is zich op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk te handhaven in de samenleving.’ Deze opvang dient verstrekt te worden door het college van de gemeente.
** Op basis van Kessler noodopvang Delagoa.